Gepubliceerd in het magazine van de Nederlandse denktank Clingendael
Als het nu gaat over het zogenaamde “veto” dat de EU heeft over de vraag wanneer het VK terug het recht krijgt om een eigen handelsbeleid te voeren, of over de waarborg dat Noord-Ierland onder het douaneregime van de EU blijft bij gebrek aan gemeenschappelijke douane-unie tussen de rest van het VK en de EU: duidelijk is dat de “backstop” “een verzekering is, maar dat betekent niet dat het tegen tsunami’s bestand is”, zoals een EU-onderhandelaar achter de schermen toegaf[19].
Na maandenlang onderhandelen werd midden november
uiteindelijk een akkoord bereikt over het uittredingsverdrag dat de Britse exit
uit de Europese Unie regelt. Het is echter allerminst zeker dat de Britse
premier Theresa May er in zal slagen om dit door het Britse parlement te laten
goedkeuren. Pieter Cleppe bespreekt alvast drie mogelijke aanpassingen die
Britse parlementaire steun nagenoeg zouden verzekeren.
Het akkoord over het uittredingsverdrag werd niet
bepaald met groot gejuich onthaald in het Verenigd Koninkrijk. Zowel bij de
voorstanders van de EU als de voorstanders van “Brexit” is er sterke
tegenstand. Een afkeuring kan grote gevolgen hebben. Volgens Europees
Raadsvoorzitter Donald Tusk, is dit “de enige” mogelijke deal en zijn de
enige alternatieven “’no deal’ of helemaal geen Brexit”.[1] Dat is een sterke uitspraak, maar ook de
Nederlandse Minister-President Mark Rutte stelde[2] dat
dit echt “het maximum” was dat aan de Britten kon worden toegegeven, terwijl de
Oostenrijkse Kanselier Sebastian Kurz zei dat het akkoord “zeker niet
heronderhandeld zal worden”. Enkel de Duitse Bondskanselier Angela Merkel was
misschien iets voorzichter, toen ze stelde: “Er geen sprake van dat we voort
zullen onderhandelen”, waar ze er echter aan toevoegde[3]“op dit moment”.
Volgens schattingen zijn 66 Conservatieve
Parlementsleden die hoe dan ook tegenstander zijn van dit akkoord, terwijl ook
de Noord-Ierse DUP, met haar 10 parlementsleden, al beloofde tegen te zullen
stemmen.[4] Theresa May heeft een kleine kans om 26 van
haar eigen parlementsleden te overtuigen die “waarschijnlijk” zullen
tegenstemmen en 7 die “misschien” tegen zullen stemmen. Er wordt niettemin al
openlijk gespeculeerd over een “tweede stemming”[5], waarbij sommige voorstanders binnen de Labourpartij
van idee zouden veranderen, maar dat is helemaal niet zeker. Wellicht is dan
eerst een kleine aanpassing van het akkoord nodig, om de
volksvertegenwoordigers een excuus te geven waarom ze zich hebben bedacht. Een
bijkomende moeilijkheid is dat er ook nog heel wat uitvoeringswetgeving nodig
is na de goedkeuring van het uittredingsakkoord, welke lastig doorgang zal
vinden aangezien de steun ervoor al krap is.
Het is goed mogelijk dat wanneer Theresa May een
grote nederlaag leidt, ze van de macht wordt verdreven. Maar of zij het nu
overleeft of niet, zijzelf of een Conservatieve opvolger zal om een
heronderhandeling van het akkoord verzoeken, al dan niet na een tweede
stemming.
Sommigen denken dat de EU dan alleen bereid zal
zijn om een akkoord te steunen dat eerder op de leest van Labour is geschoeid,
met nog minder soevereiniteit voor het Verenigd Koninkrijk, maar dat is
helemaal niet zeker. Zulke toegeeflijkheden zouden immers de steun onder
Conservatieven opnieuw doen afkalven. De overige EU-lidstaten bereiden zich dus
maar beter voor op een mogelijke heronderhandeling, tenzij men met een
bijzonder schadelijk “no deal” scenario wil spelen met als bedoeling via
vervroegde verkiezingen, een tweede referendum of een verlenging van het
lidmaatschap de Britse uittrede te verhinderen. Dat is zeker het geval voor
landen zoals Nederland, België en Ierland, die grote schade[6] dreigen op te lopen in het geval er geen
akkoord komt tegen einde maart en de Britse uittrede automatisch plaatsvindt,
tenzij er met unanieme Europese instemming een verlenging van Brits
lidmaatschap komt.
Naar verluidt zouden de EU-lidstaten bereid zijn
een verlenging tot juli goed te keuren, maar enkel op voorwaarde dat
het VK ofwel nog meer soevereiniteit opgeeft dan het al deed bij het huidige
akkoord, ofwel een tweede referendum houdt.[7] Als dit inderdaad de strategie zou zijn, is
die zonder meer roekeloos te noemen. Veel verantwoordelijker is het om te
kijken waar het akkoord inderdaad nog kan worden verbeterd, zonder dat dit
grote nadelen oplevert voor de lidstaten van de EU die in de club blijven.
Hieronder bespreek ik drie mogelijke aanpassingen die Britse parlementaire
steun nagenoeg zouden verzekeren, indien het Brits Parlement het huidig akkoord
effectief zou verwerpen. Overigens werden de volgende drie punten[8] ook reeds door voorname “Brexiteers” als
voornaamste pijnpunten naar voren gebracht.
- Schrap het Europese veto over het door de Britten terug te krijgen
eigen handelsbeleid
Een grote concessie vanuit het Verenigd Koninkrijk
was de bereidheid om gedurende een bepaalde periode Europese regels over te
nemen zonder er over te kunnen stemmen. Dat is het geval gedurende de
zogenaamde “transitieperiode”, waarbij het VK volledige toegang tot de Europese
interne markt behoudt. Die periode zou lopen tot eind 2020, maar kan eenmalig
verlengd worden tot eind 2022. Mocht er tegen dan nog steeds geen
handelsakkoord tussen de EU en het VK zijn, treedt de zogenaamde “backstop” in
werking. Dat is een soort terugvaloplossing die grenscontroles in Noord-Ierland
dient te vermijden. Velen denken dat het effectief de kern zal vormen van de
toekomstige relatie van de EU met het Verenigd Koninkrijk, ook al omdat het
niet makkelijk zal worden de verdeelde Europese lidstaten op één lijn te
krijgen over hoeveel handelstoegang er blijft voor het VK, en onder welke
voorwaarden.
In het kader van die terugvaloplossing zal
Noord-Ierland nog steeds alle Europese regels overnemen zonder er over te
kunnen stemmen. Tegelijkertijd heeft Groot-Brittannië dan wel degelijk het
recht om andere regels te gaan invoeren op vlak van sociaal beleid, milieu of
financiële dienstverlening, al verliest het behoudens handelsakkoord ook wel
markttoegang. Bovendien zal het Verenigd Koninkrijk net zoals gedurende de
transitieperiode geen eigen handelsbeleid kunnen hebben, aangezien het geen
andere douanetarieven dan die van de EU zal mogen hanteren, ook al krijgt de
Britse regering wel het recht om handelsakkoorden te onderhandelen voor de
periode die volgt nadat de EU haar fiat geeft.
Velen binnen de Britse Conservatieve partij vinden
dit een bijzonder groot probleem. Is het inderdaad niet vreemd dat een land dat
zo genereus is heel wat soevereiniteit op te geven enkel vraagt om dan wel zelf
te kunnen beslissen hoe lang het zich onderwerpt aan de Europese regelgeving en
het Europese handelsbeleid?
De reden waarom de EU dit wil is dat Ierland vreest
dat als het VK unilateraal uit “backstop” – status treedt zonder een akkoord
van de EU hierover, grenscontroles in Noord-Ierland niet vermeden kunnen
worden. Sowieso is het “veto” dat de EU hierover heeft echter slechts een
theoretisch veto. Indien de betrekkingen tussen het VK en de EU inderdaad zo
slecht zouden worden dat er geen Brits-Europees handelsakkoord mogelijk is, is
er uiteindelijk niets dat het VK kan stoppen om de bepalingen van het
uittredingsverdrag dan maar niet langer te respecteren. Het VK kan eenvoudigweg
verwijzen naar bepalingen die beide partijen verplichten om te goeder trouw[9] te handelen, tenzij men denkt dat de vijfde
grootste economie ter wereld zich vrijwillig zal schikken naar Europese onwil
om een eigen Brits handelsbeleid toe te laten.
Eigenlijk hoeft Ierland ook geen “harde grens” te
vrezen. De Britten hebben al overvloedig duidelijk gemaakt dat ze de
douanegrens eigenlijk niet serieus willen controleren. Zo deed de Britse regering
al voorstellen om 80%[10] van het grensverkeer niet te controleren, om
’het midden- en kleinbedrijf niet lastig te vallen. Er ontstaat dan een
zogenaamd “gat” in de douanegrens van de EU, een vrees van landen zoals
Frankrijk.
Die douanegrens is echter al “zo lek als een zeef”,
bijvoorbeeld in het geval van de haven van Antwerpen, de tweede grootste van
Europa, althans volgens de burgemeester van Antwerpen[11].
Hoe anders is het in Hamburg of Rotterdam? Misschien moet dat een grotere
prioriteit zijn van EU-lidstaten dan het vermijden van een “gaatje” in
Noord-Ierland, vooral omdat Noord-Ierland sowieso de Europese reglementering
zal blijven volgen. Het enige risico is dat de correcte douanetarieven niet
zullen worden geïnd op producten die de EU via Noord-Ierland binnenkomen, en
niet dat er een gevaar zou zijn voor het niet naleven van EU-normen.
Samenvattend: de EU en Ierland hebben eigenlijk
niet meer dan een theoretisch “veto” over het terugkrijgen van een eigen
handelsbeleid door de Britten. Deze bepaling kan echter wel tot een bijzonder
schadelijke “no deal” Brexit leiden. Zeker voor Ierland zou dat een drama zijn,
zowel in economisch opzicht als voor het vredesproces in Noord-Ierland, maar
ook voor Nederland en België is het een absoluut te vermijden vooruitzicht.
- Schrap de voorziene interne douanebelemmeringen binnen het Verenigd
Koninkrijk
Om een “harde grens” in Noord-Ierland te vermijden,
stelde de EU oorspronkelijk voor om Noord-Ierland eenvoudigweg onder het
douane- en regelgevende regime van de EU te zetten. Logischerwijze zou het alle
douanechecks tussen Ierland en Noord-Ierland onnodig maken. Ook tussen de
Canarische eilanden en het Spaanse vasteland zijn er douanecontroles, dus zo
gek was dit voorstel niet op het eerste gezicht. Wat de EU echter uit het oog
verloren was, is hoe gevoelig zoiets ligt bij de Noord-Ierse “Unionisten”, die
vrezen ooit een kleine minderheid in een Ierse Republiek te worden. Zo’n
regeling zou ook het Goede Vrijdagakkoord schenden[12] en is bovendien problematisch omdat
Noord-Ierland meer handel drijft met de rest van het VK dan met de Ierse
Republiek.
De Britse regering toonde zich in de
onderhandelingen bereid om een compromis te aanvaarden waarbij er wel degelijk
– zeer lichte – regelgevende controles zouden worden uitgevoerd tussen
Noord-Ierland en de rest van het VK. Er zijn immers op dit ogenblik al
verschillen in regelgeving, en dus “intra-UK checks”[13], als gevolg van de zogenaamde “devolutie” van
bevoegdheden. Controles op douanetarieven binnen het VK waren echter steeds een
taboe, ook voor de Labour-oppositie trouwens. Dat laatste wordt nog steeds niet
goed begrepen door de EU, want volgens geruchten zou de EU deze controles
opnieuw willen voorstellen[14] wanneer het Brits Parlement het huidige
akkoord verwerpt.
De EU is het VK grotendeels tegemoet gekomen nadat
het haar fout inzag op dit punt. Toch is er in het uiteindelijke
uittredingsverdrag waarover het Brits Parlement dient te stemmen, nog een klein
spoor aanwezig van mogelijke douanecontroles binnen het VK. Het verdrag
voorziet[15]immers dat Noord-Ierland geïntegreerd wordt in de
Europese douane-unie, ingeval de “backstop” wordt geactiveerd, terwijl de rest
van het VK een soort gemeenschappelijke douane-unie samen met die van de EU
gaat vormen, zoals de EU er ook één heeft met Turkije. De vrees is dat als die
laatstgenoemde gemeenschappelijke douane-unie zou opbreken, Noord-Ierland nog
steeds deel zou uitmaken van de eigen douane-unie van de EU, wat dus
douanecontroles tussen Noord-Ierland en de rest van het VK noodzakelijk zou
maken.
Nu is het zo dat het VK zulke controles zelf zou
moeten uit te voeren, wat de Britten gezien de gevoeligheid van de situatie
nooit zouden doen. Ook hier is er dus een “waarborg” tegen een harde grens
voorzien die in feite geen echte waarborg is. Ook hier stelt zich de vraag
waarom Ierland en de EU deze bepaling niet gewoon schrappen, als het enige
praktische gevolg er van is dat ze een “no deal” Brexit meer waarschijnlijk
maakt, iets wat precies Ierland het hardst zou treffen.
- Verwijder het Europees Hof van Justitie als judicieel
scheidsrechter
In het verdrag is voorzien dat het Europees Hof van
Justitie het laatste woord krijgt over geschillen die met EU-recht te maken
hebben, in het geval het verdrag een mogelijkheid tot geschillenbeslechting via
“arbitrage” voorziet (wat overigens niet overal het geval is). Dit is mogelijk
wanneer het gaat over illegale staatssteun, maar de EU kan niet via judiciële
wijze verhinderen dat het VK regelgeving met betrekking tot de arbeidsmarkt of
milieubescherming liberaliseert.
Is het niet bizar dat in een verdrag wordt voorzien
dat in het geval van een geschil het hoogste gerechtshof van één van de twee
verdragspartijen de uiteindelijke scheidsrechter is? Zou men niet mogen
verwachten dat geschillen worden geregeld door een instituut dat onafhankelijk
van beide partijen opereert, zoals het Internationaal Hof van Justitie in Den
Haag, of een door beide partijen aangewezen arbitragerechtbank? Dit gaat niet
enkel tegen elk normaal rechtsgevoel in. Het vergroot ook de kans op scherpe
conflicten in de toekomst, terwijl het uittredingsverdrag net tot doel zou
moeten hebben om de echtscheiding met de Britten zo duurzaam mogelijk te
regelen.
Dat EU-onderhandelaars er keihard op hebben
aangedrongen dat elk dispuut dat van ver of dichtbij met EU-recht te maken
heeft – en zo kunnen er natuurlijk veel zijn - uiteindelijk door het Europees
Hof van Justitie moet worden beslecht, heeft veel te maken met de ronduit
extreme houding van datzelfde Hof van Justitie op dit moment. De Europese
rechters in Luxemburg zeiden in 2014 een mogelijke EU-onderwerping aan het
Europees Mensenrechtenhof in Straatsburg te zullen blokkeren, omdat die enige
zeggenschap over EU-recht zou krijgen. Precies ook om die reden zou[16] het Hof er zelfs niet voor terugdeinzen om
delen van het Brexit – uittredingsverdrag te gaan schrappen.
Nochtans is het een courante praktijk dat staten
internationale akkoorden sluiten waarbij ze de geschillenbeslechting overlaten
aan een rechtbank waarover ze geen controle hebben – en waarnaar hun eigen
hoogste rechtbank zich dus ook dient te schikken.
Precies dit punt is één van de redenen dat er nog
steeds geen akkoord is tussen de EU en Zwitserland over een hernieuwing van de
onderlinge relatie. Als er tussen de EU en Zwitserland een geschil ontstaat,
moet dit politiek worden opgelost. De EU wil nu eenzelfde model opdringen aan
Zwitserland als hetgene wat Theresa May net heeft aanvaard. De Zwitsers
weigeren echter. Als reactie dreigt de EU heeft er nu mee[17] vanaf januari de toegang van de Zwitserse
beurzen tot EU-investeerders te beperken.
Wat kan hier een uitkomst bieden? Ook al is het
wellicht wenselijk een systeem van judiciële geschillenbeslechting op te nemen,
is het beter om helemaal niets te voorzien dan een systeem dat de relaties
alleen maar zou kunnen doen verzuren. In de verhoudingen met Zwitserland is de
EU zoals gezegd aangewezen op politieke gesprekken ingeval er een dispuut is.
Delen van het Brexit-verdrag zijn sowieso nu reeds uitgezonderd van judiciële
geschillenbeslechting.
Bovendien valt de bevoegdheid om te oordelen of er
al dan niet sprake is van een geschil dat met EU-recht te maken heeft toe aan
het arbitragepanel, samengesteld uit zowel EU- als VK-vertegenwoordigers. In
zekere zin is dat reeds een bedreiging voor de zogenaamde “autonomie van het
EU-recht”, wat de rechters in Luxemburg als argument gebruiken om zelf het
laatste woord te hebben. Sommigen denken[18] immers dat wat nu in het uittredingsverdrag
werd voorzien door het Europees Hof van Justitie wel eens als illegaal zou
kunnen worden beschouwd.
De toekomstige relatie tussen EU en VK
Als het nu gaat over het zogenaamde “veto” dat de EU heeft over de vraag wanneer het VK terug het recht krijgt om een eigen handelsbeleid te voeren, of over de waarborg dat Noord-Ierland onder het douaneregime van de EU blijft bij gebrek aan gemeenschappelijke douane-unie tussen de rest van het VK en de EU: duidelijk is dat de “backstop” “een verzekering is, maar dat betekent niet dat het tegen tsunami’s bestand is”, zoals een EU-onderhandelaar achter de schermen toegaf[19].
De vraag is of het voor Ierland verstandig is een
verzekering aan te gaan wanneer die verzekering in de praktijk de kans op, voor
de economie en het vredesproces gevaarlijke, grenscontroles verhoogt. Ook de
rol van het Europees Hof van Justitie zal ofwel in de praktijk niet al te groot
blijken, ofwel zodanig groot dat het de Brits-Europese relaties kan verzuren,
terwijl het net de bedoeling is om geschillen te beslechten. In beide gevallen
is het wenselijk een judicieel geschillenbeslechtingsmechanisme te schrappen.
Er zijn heel wat elementen in het akkoord die
verdedigbaar[20] zijn. Het zou jammer zijn dat de enkele
problematische elementen die gemakkelijk kunnen worden aangepast tot een
desastreuze “no deal” zouden leiden. Bovenal moet de EU bereid zijn tot
flexibiliteit, in het geval dat het Brits Parlement het akkoord wegstemt.
Die flexibiliteit zal in elk geval nodig zijn in de
toekomstige relatie tussen EU en VK, die gekenmerkt zal worden door
voortdurende onderhandelingen over hoeveel markttoegang beide zijden elkaar
toestaan, onder welke voorwaarden, en wat er gebeurt als één van beiden
regelgeving gaat aanpassen. Als de EU dat betreurt, had ze maar beter moeten
luisteren[21] naar de jarenlange verzuchtingen van een
lidstaat met een economie ter grootte van de 19 kleinste economieën in de EU.
·
4.Conservative
Home, ‘Our estimate of how many Conservative MPs oppose the
Brexit deal. In the wake of Gyimah’s resignation, it’s now 66’, 1 december 2018.
·
6.KU
Leuven, ‘Global Value Chains, Trade Shocks And Jobs: An Application
to Brexit’, september 2017.
·
10.The
Guardian, ‘UK to seek Irish border waivers on customs and food safety
after Brexit’, 16 augustus 2017.
·
11.Gazet
van Antwerpen, ‘De Wever over drugsproblematiek: “Op deze manier zijn
Antwerpse politici één klik verwijderd van malafide praktijken”’, 3 september
2018.
·
12.Politico,
‘Theresa May: EU’s Irish customs plan in breach of Good
Friday Agreement’, 20 juli 2018.
·
16.Verfassungsblog,
‘On Thin Ice: the Role of the Court of Justice under the
Withdrawal Agreement’, 15 november 2018.
·
18.Verfassungsblog,
‘On Thin Ice: the Role of the Court of Justice under the
Withdrawal Agreement’, 15 november 2018.
·
19.Lars
Karlsson, ‘Dominic Raab
expects a divorce deal with the EU by November 21’, 1 november 2018.
No comments:
Post a Comment